Goedemiddag,
Euhh,.. ‘T is om mij lid te worden van de roeclub.Vroeg Niek zachtjes.
“Wablieft? Zei het gezette mens vanachter de toogbank terwijl ze doorging met glazen spoelen.
“Ge moet wat luider praten manneke, anders versta ik U niet! Zei ze luid, alsof ze wou tonen hoe dat moest.
“Ik wil mij inschrijven” Zei Niek nog een keer ietsje luider.
“Dan moet ge hier beneden zijn onder het café, daar wordt er getraind en liggen de boten. Hoe oud zijt gij?
“Dertien”
“Vraag maar naar Bertje, dat is de trainer van die gastjes van uw leeftijd.” zei ze vriendelijk.
“Bedankt, mevrouw.” antwoordde Niek beleefd en begaf zich naar de hangars.
“Bent U meneer Bertje.” vroeg Niek aan een klein gezet mannetje die cijfers aan het noteren was op een bord.
“Ja, waarom.?” vroeg hij nogal ruw.
“Ik zou willen roeien en de Madam van het café heeft mij naar U gestuurd.”
“Aha,” zei hij Niek monsterend. “Gij wilt dus roeien?”
“Euh.. Ja.” mompelde Niek verlegen. “Neen ik wil patatten rooien, maar bij gebrek aan goede patattenvelden in de omtrek kom ik roeien. sufferd” dacht Niek.
“Dan zult gij toch nog veel boterhammen moeten eten en veel trainen, maar goed ik heb er al gehad die nog magerder waren dan gij en goede roeiers werden.”
“Ja en ik heb al voor minder stomme opmerkingen op iemand zijn bakkes geslagen!” mompelde Niek.”
“Wablief?” vroeg Bertje die de inschrijvingspapieren in orde aan het maken was.
“Niets, niets”
Niek vertrok en spurtte als een halvegare naar zijn grootmoeder. Het was nu al te lang geleden dat hij een uurtje had kunnen stelen.
Vriendelijke groet van de Spaanders voor de Vlaanders
Haha, wat kom ik hier allemaal te weten. Je roeide zelfs…
dan hebben we elkaar ooit gekruist want ik roeide van mijn 9de tot mijn 16de bij de BTR (rood/wit). Alle kampioenschappen deed ik mee. Van Hazewinkel, Seneffe tot Gent, Oostende. 🙂
Altijd in skiff, soms in dubbel.